Nieuwe straatkunstwandeling in Rabotwijk speciaal voor peuters
jpg
De peuters van kinderdagverblijf Tierlantuin en alle andere kinderen van de Rabotwijk kunnen voortaan genieten van een heuse streetart-tour. De twaalf kunstwerken langs de route zijn speciaal voor peuters. Via een QR-code zijn er bijhorende verhalen te beluisteren.
Kinderdagverblijf Tierlantuin en Buurtwerk Rabot hebben de handen in elkaar geslagen om een streetart-wandeling te maken die kunst toegankelijk maakt voor gezinnen met jonge kinderen uit een diverse wijk. Acht lokale straatkunstenaars gingen aan de slag met verhalen van kinderen, ouders en buurtbewoners en creëerden in totaal twaalf prachtige kunstwerken.
Deze route brengt kinderen van het Rabot al op vroege leeftijd op een laagdrempelige manier in contact met kunst. Dat is goed, want studies bewijzen dat contact met kunst hun ontwikkeling ten goede komt. Bovendien doen onze kinderbegeleiders ervaringen op in het opzetten van projecten met kinderen, ouders en de buurt, zetten we in op verbinding tussen ouders én krijgen ook de jongeren uit de buurt de kans om hun talent voor kunst of theater te ontdekken.
Evita Willaert, schepen van Onderwijs
De muurschilderijen, graffiti en vensterschilderijen zijn op gebouwen, muren en panelen in de Rabotwijk aangebracht. Ouders kunnen met hun kinderen op stap met een brochure in de hand. Via QR-codes kunnen ze naar de bijhorende verhalen luisteren. De brochure is gratis verkrijgbaar in kinderdagverblijf Tierlantuin, Buurtcentrum Rabot en WGC Rabot, zowel in het Nederlands, Frans, Engels als Turks.
Fantastisch dat buurtbewoners, zelfs de allerjongste kinderen, buurtorganisaties én lokale kunstenaars op zo'n mooie manier samenwerken. Ze brengen iedereen samen met dit verfrissend initiatief en kleuren de Rabotwijk, mét blijvend resultaat.
Astrid De Bruycker, schepen van Buurtwerk en Participatie
jpg
PNG
PNG
PNG
Het project is gerealiseerd met de steun van het Fonds Celina Ramos, beheerd door de Koning Boudewijnstichting, én met de steun van de Stad Gent.
