De expo 'Typefaces', die opent op vrijdag 11 juli, toont een selectie uit de indrukwekkende collectie van ruim driehonderd 19de-eeuwse, houten lettertypes van het Industriemuseum. In de expo komen ze ook weer tot leven: kunstenaar Jan Vermandere maakte er 28 'lettergezichten' mee en zes studenten van LUCA School of Arts gebruikten ze voor een eigen lettertype.
Losse houten letters, groot en kostbaar, verschijnen pas in de 19de eeuw op grote schaal in de drukwereld. Ze worden gemaakt uit fruithout, buxus, hulst en beuk en gebruikt voor titels op reclamedrukwerk en affiches. In de nieuwe expo Typefaces in het Industriemuseum kunnen bezoekers vanaf vrijdag 11 juli een selectie uit de collectie van het Industriemuseum bewonderen, net als enkele affiches waarvoor ze gebruikt werden.
jpg
jpg
jpg
Het Industriemuseum laat de lettertypes niet gewoon stof vergaren. Kunstenaar Jan Vermandere mocht ermee aan de slag. Het resultaat zijn 28 lettergezichten of 'TypeFaces', typografische portretten waarbij de lettertypes werden omgevormd tot gezichten. Ze kregen namen mee zoals Le Barbu, Paljas, Big Jim en Fraktur Face. Wie zelf een Vermandere in huis wil, vindt binnenkort risoprints en buttons met TypeFaces in de museumshop.
jpg
jpg
Zelf aan de slag
Ook zes letterontwerpers van LUCA School of Arts gingen met de letters aan de slag. Ze maakten een zo goed mogelijke digitale kopie en bedachten ook twee eigen varianten. Tot slot kunnen ook de bezoekers zelf de handen uit de mouwen steken. Aan de maaktafels kan je zelf letters stempelen met letterfragmenten of een collage ontwerpen met letterafdrukken uit de museumdrukkerij.
Deze expo toont mooi hoe we als stad erfgoed levend houden door het te delen, te laten bevragen en er nieuw werk uit te laten ontstaan. Zo blijft cultuur iets dat mensen raakt, inspireert en verbindt. Dat is waar ik in geloof: cultuur als basisbehoefte, gedragen door makers én publiek, ook over generaties heen.
Astrid De Bruycker, schepen van Cultuur
