Machine uit Daens straks pronkstuk in het nieuwe Industriemuseum

Die machine uit Daens - Selfactor - MIAT - Industriemuseum.jpg
  • jpg

Eind september wordt het huidige MIAT - het museum over industrie, arbeid en textiel - omgedoopt tot Industriemuseum. Bij de naamswijziging hoort ook een gloednieuwe hoofdtentoonstelling. Rond deze tijd wordt de 24 meter lange 'selfactor', bekend uit de film Daens, door de hijsluiken van het museum omhoog getakeld naar de bovenste verdieping, waar de nieuwe hoofdtentoonstelling een thuis krijgt. De verhuis is een huzarenstukje, want de gigantische machine moet volledig gedemonteerd worden.

Nieuwe naam, nieuwe tentoonstelling, nieuw logo

Er raast een nieuwe wind door het Gentse MIAT. Het typische fabrieksdak van de voormalige katoenspinnerij werd recent vernieuwd en ook de andere verdiepingen van het museum zijn nu aan vernieuwing toe. Het hele museumteam stippelde samen een nieuwe koers uit en eind september opent het MIAT alvast een nieuwe hoofdtentoonstelling.

'Het MIAT wil dit unieke momentum benutten en kiest voor een krachtige nieuwe naam: Industriemuseum. Met deze nieuwe, heldere naam en een sterk, universeel verhaal in de nieuwe hoofdtentoonstelling is na 40 jaar de toon gezet voor de hergeboorte van het museum.' Annelies Storms, schepen van Cultuur

De nieuwe tentoonstelling brengt het grote verhaal van de industriële revoluties, doorspekt met kleine verhalen van handelaars, arbeiders en ondernemers. Een verhaal over mensen en machines, en hoe die de wereld rondom ons veranderden. Na de hoofdtentoonstelling ondergaan ook de overige tentoonstellingsruimten een make-over. Een make-over die overigens niet alleen in de tentoonstellingsruimtes te zien zal zijn, maar ook in de huisstijl van het museum. Een nieuw logo zal vanaf september op de gevel van het museum schitteren. Het is een stijlvol logo dat herinnert aan het typische fabrieksdak van de voormalige katoenspinnerij waarin het MIAT huist.

logo industriemuseum.jpg
  • jpg
'Het museum staat klaar om zich zo ijzersterk te positioneren als landmark voor industrieel erfgoed, nationaal en internationaal, om op die manier nog meer bezoekers aan te trekken.'  Ann Van Nieuwenhuyse, directeur van het MIAT
Uitzicht 5de verdieping MIAT (c) Corlazzzoli.jpg
  • jpg

Grote verhuisoperatie

Om de nieuwe hoofdtentoonstelling tijdig klaar te krijgen, is er momenteel een grote verhuisoperatie aan de gang. Machines worden ge(de)monteerd, schoongemaakt, ingesmeerd, behandeld en klaargemaakt voor hun nieuwe plek in het museum. Zo ook de selfactor, beter bekend als 'die machine uit Daens'.

'Elk stukje werd genummerd en gefotografeerd zodat we de machine stapsgewijs konden demonteren en opnieuw kunnen monteren. Als je weet dat het kortste stuk van de machine 3 meter lang is en het langste stuk 7 meter en bovendien loodzwaar, kan je begrijpen dat we veel manoeuvres moeten uithalen om alles door de smalle gangen van het museum te loodsen. En dan hadden we het nog niet over de 540 spillen en bobijntjes.' Oktay Sancak, museummedewerker en van jongs af aan in spinnerijen en weverijen aan de slag

De selfactor krijgt een prominente plek in de nieuwe tentoonstelling. De machine komt in een box terecht waar bezoekers aan de hand van bewegend beeldmateriaal helemaal worden ondergedompeld in de spinnerijen anno 1920. De machine zal in de nieuwe opstelling niet in werking zijn, maar zal volledig aangekleed worden met 540 katoenbobijnen – alsof ze net even stilstaat en zo weer in actie zal komen. Het katoen komt van het Helmshore Mill Textielmuseum, waar eind jaren '70 ook de selfactor zelf door het MIAT werd aangekocht.

'Die machine uit Daens'

De selfactor kreeg in 1992 opnieuw bekendheid door de film Daens. Op een bepaald moment wordt de kleine Milleke door de machine verpletterd. De productie moet op volle toeren draaien. Elk plukje katoen telt. Daarom worden kinderen onder deze selfactors ingezet om het katoenpluis op te rapen. De machine loopt echter volledig automatisch in en uit. Met alle gevolgen van dien wanneer een kind het ritme van de machine niet kan volgen en niet snel genoeg weggeraakt... Verpletterde vingers, breuken aan armen en benen of - zoals in de film – het knellen van het hoofd tussen wagen en frame.

'De selfactor verdient een plekje in de hoofdtentoonstelling omdat het een iconisch stuk is, dat in het collectief geheugen geprent staat als symbool voor de zware arbeid in de textielsector. En wat misschien niet algemeen geweten is, is dat deze machine niet enkel rond de eeuwwisseling werd gebruikt, maar zelfs tot de jaren 1990 actief werd ingezet in textielbedrijven in Oost-Europa.' Hilde Langeraert, conservator van het MIAT

Informatie

Bevoegd

Contacteer ons

Gerelateerde onderwerpen

Ontvang het laatste Stad Gent nieuws via RSS.

Of abonneer handmatig met de Atom URL